Analyse
Maakt EU Griekse economie kapot om ze te ‘redden’?
Volgens Amerikaans
onderzoeker Mark Weisbrot is het beleid van de Eurogroep er doelbewust
op gericht de huidige Griekse regering te doen mislukken, onder meer om
te verhinderen dat andere landen het voorbeeld van de Griekse kiezers
zouden volgen, zoals Spanje later dit jaar 2015.
vrijdag 10 april 2015
Er
is een gespannen conflict aan de gang tussen de Griekse regering en
de Europese autoriteiten – ook bekend als de Trojka van Europese
Commissie, Europese Centrale Bank (ECB) en het Internationaal
Muntfonds (IMF).
Het eerste voorteken van deze strategie kwam er op 4 februari 2015, amper tien dagen nadat Syriza een regering had gevormd na zijn verkiezingsoverwinning. Toen draaide de ECB de kraan dicht voor de belangrijkste financieringsbron van de Griekse banken. Deze stap is duidelijk gemotiveerd door een gevoel van wantrouwen, aangezien er geen bureaucratische of andere redenen was om dit te doen. Er waren toen immers nog drie weken te gaan vooraleer deze beslissing haar deadline zou bereiken.
Zoals kon worden voorspeld, zorgde deze afgesloten kapitaaltoevoer ervoor dat er enorm veel geld uit het Griekse banksysteem verdween. Dit destabiliseerde de economie nog meer en deed de financiële markten kelderen. Meer intimidaties volgden, waaronder een verborgen dreiging dat de Emergency Liquidity Assistance – Griekenlands laatste levenslijn van de ECB – ook zou worden afgesneden. De Europese autoriteiten hoopten blijkbaar dat een ‘schokkende en ontzagwekkende’ aanslag op de Griekse economie de nieuwe bewindvoerders zou dwingen om meteen te capituleren.
De Europese autoriteiten knepen op 20 februari uiteindelijk een oogje dicht en stemden toe met een verlenging van de oorspronkelijke “bailout” met verdere noodhulp voor vier maanden tot juni 2015. De aanhalingstekens bij “bailout” zijn noodzakelijk, omdat de meeste Grieken hier helemaal niet door gered werden, maar eerder overboord zijn gegooid. Ze verloren hierdoor al meer dan 25 procent van hun nationale inkomen sinds 2008.
De onmiddellijke voorwaarde voor deze nieuwe overeenkomst was dat de Griekse regering een lijst zou inleveren met hervormingen die zij moet doorvoeren. Dit deed ze ook en de Europese politici stemden ermee in. Overgebleven problemen moesten daarna verder onderhandeld worden tegen 20 april, zodat de laatste schijf van voorzien IMF-geld – ongeveer 7.2 miljard euro – dan ook kon worden vrijgegeven.
Men mocht ervan uitgaan dat deze laatste overeenkomst zou toelaten dat daarna verdere onderhandelingen zouden doorgaan zonder dat de Europese politici nog meer onmiddellijke en onnodige schade zouden toebrengen aan de Griekse economie. Dat zou wel eens een misrekening kunnen zijn: een pistool tegen het hoofd van Syriza was nog niet genoeg voor deze “weldoeners”, ze wilden de Grieken zelfs de vingers afknijpen in de bankschroef.
Dat lukte hen. De ECB weigerde om de toegang voor Griekse banken naar hun belangrijkste en goedkoopste kredietbron te hernieuwen – die ze tot voor de verkiezingen nog hadden. De ECB weigerde daarenboven om het maximumbedrag te verhogen dat Griekse banken konden lenen aan de Griekse regering – iets wat ze de vorige Griekse regeringen altijd hadden toegestaan.
De betrokken bedragen zijn nochtans vrij futiel voor de ECB. De Griekse regering moet tegen april ongeveer 2 miljard euro terugbetalen. De ECB heeft recent 26,3 miljard euro opgehoest om staatsobligaties van de eurozone te kopen, als onderdeel van haar kwantitatieve geldverruiming ter waarde van 850 miljard euro gedurende anderhalf jaar (quantitative easing: meer baar geld op de markt brengen om de druk te verminderen, nvdr).
De uitvluchten van de ECB voor haar schepping van dit geldtekort in Griekenland klinken erg hol. Zo beargumenteert de bank dat banken onder de vorige Griekse regering niet dezelfde limieten opgelegd kregen als nu, omdat die vorige regering zich engageerde voor een hervormingsprogramma dat de overheidsfinanciën op orde zou brengen. Daar heeft deze regering zich echter eveneens toe verbonden.
Mark Weisbrot is co-directeur van het Center for Economic and Policy Research in Washington en voorzitter van Just Foreign Policy. Van hem verschijnt binnenkort Failed: What the "Experts" Got Wrong About the Global Economy (Oxford University Press, 2015).
Het artikel Are the European Authorities Destroying the Greek Economy In Order to 'Save It' verscheen oorspronkelijk bij Al Jazeera America, werd overgenomen met toestemming van de auteur en vertaald door Stephanie Ketels.
Operatie economische beschadiging
ECB-voorzitter Mario Draghi ontkende dat zijn instelling de Griekse regering probeert te chanteren, maar chantage is slechts een eufemisme voor wat de ECB en de Europese partners Griekenland aandoen. Het wordt steeds duidelijker dat ze de Griekse economie proberen te schaden, om de druk op de Griekse regering te kunnen opdrijven tot die instemt met hun eisen.Het eerste voorteken van deze strategie kwam er op 4 februari 2015, amper tien dagen nadat Syriza een regering had gevormd na zijn verkiezingsoverwinning. Toen draaide de ECB de kraan dicht voor de belangrijkste financieringsbron van de Griekse banken. Deze stap is duidelijk gemotiveerd door een gevoel van wantrouwen, aangezien er geen bureaucratische of andere redenen was om dit te doen. Er waren toen immers nog drie weken te gaan vooraleer deze beslissing haar deadline zou bereiken.
Zoals kon worden voorspeld, zorgde deze afgesloten kapitaaltoevoer ervoor dat er enorm veel geld uit het Griekse banksysteem verdween. Dit destabiliseerde de economie nog meer en deed de financiële markten kelderen. Meer intimidaties volgden, waaronder een verborgen dreiging dat de Emergency Liquidity Assistance – Griekenlands laatste levenslijn van de ECB – ook zou worden afgesneden. De Europese autoriteiten hoopten blijkbaar dat een ‘schokkende en ontzagwekkende’ aanslag op de Griekse economie de nieuwe bewindvoerders zou dwingen om meteen te capituleren.
Deze Griekse regering geeft zich niet zomaar gewonnen
Zo is het dus niet gegaan. Syriza heeft van de Griekse kiezers een mandaat gekregen om hun levensstandaard terug op te krikken, na zes jaar door de Trojka veroorzaakte depressie met een werkloosheidsgraad van meer dan 25 procent. De nieuwe Griekse regering trok zijn eis om schuldvermindering te krijgen terug in en maakte andere compromissen. Ze heeft zich echter niet zomaar overgegeven alsof er nooit verkiezingen zouden zijn geweest.De Europese autoriteiten knepen op 20 februari uiteindelijk een oogje dicht en stemden toe met een verlenging van de oorspronkelijke “bailout” met verdere noodhulp voor vier maanden tot juni 2015. De aanhalingstekens bij “bailout” zijn noodzakelijk, omdat de meeste Grieken hier helemaal niet door gered werden, maar eerder overboord zijn gegooid. Ze verloren hierdoor al meer dan 25 procent van hun nationale inkomen sinds 2008.
De onmiddellijke voorwaarde voor deze nieuwe overeenkomst was dat de Griekse regering een lijst zou inleveren met hervormingen die zij moet doorvoeren. Dit deed ze ook en de Europese politici stemden ermee in. Overgebleven problemen moesten daarna verder onderhandeld worden tegen 20 april, zodat de laatste schijf van voorzien IMF-geld – ongeveer 7.2 miljard euro – dan ook kon worden vrijgegeven.
Men mocht ervan uitgaan dat deze laatste overeenkomst zou toelaten dat daarna verdere onderhandelingen zouden doorgaan zonder dat de Europese politici nog meer onmiddellijke en onnodige schade zouden toebrengen aan de Griekse economie. Dat zou wel eens een misrekening kunnen zijn: een pistool tegen het hoofd van Syriza was nog niet genoeg voor deze “weldoeners”, ze wilden de Grieken zelfs de vingers afknijpen in de bankschroef.
Dat lukte hen. De ECB weigerde om de toegang voor Griekse banken naar hun belangrijkste en goedkoopste kredietbron te hernieuwen – die ze tot voor de verkiezingen nog hadden. De ECB weigerde daarenboven om het maximumbedrag te verhogen dat Griekse banken konden lenen aan de Griekse regering – iets wat ze de vorige Griekse regeringen altijd hadden toegestaan.
Financiële wurggreep
Hiermee schept de ECB een ernstig cashflow-probleem door een gebrek aan liquide middelen te veroorzaken voor zowel de Griekse overheid als de Griekse banken. Deze kredietbeperking door de ECB bracht de regering in dezelfde situatie waarin haar voorgangers zich in 2012 al bevonden. Toen moest zij betalingen aan ziekenhuizen en andere leveranciers uitstellen om haar schulden te kunnen afbetalen. Als gevolg daarvan moest de Griekse regering tegen het einde van april 2015 bijna een faillissement riskeren.De betrokken bedragen zijn nochtans vrij futiel voor de ECB. De Griekse regering moet tegen april ongeveer 2 miljard euro terugbetalen. De ECB heeft recent 26,3 miljard euro opgehoest om staatsobligaties van de eurozone te kopen, als onderdeel van haar kwantitatieve geldverruiming ter waarde van 850 miljard euro gedurende anderhalf jaar (quantitative easing: meer baar geld op de markt brengen om de druk te verminderen, nvdr).
De uitvluchten van de ECB voor haar schepping van dit geldtekort in Griekenland klinken erg hol. Zo beargumenteert de bank dat banken onder de vorige Griekse regering niet dezelfde limieten opgelegd kregen als nu, omdat die vorige regering zich engageerde voor een hervormingsprogramma dat de overheidsfinanciën op orde zou brengen. Daar heeft deze regering zich echter eveneens toe verbonden.
Het is duidelijk dat het hier niet over geld of over fiscale levensvatbaarheid gaat, maar over politieke belangen. De Europese autoriteiten willen tonen wie de baas is. Dit is geen regering die zij willen. Zij willen dus ook echt dat deze regering mislukt, omdat dit Spaanse kiezers zou aanmoedigen om later dit jaar ook te kiezen voor een democratisch alternatief (Podemos).Het IMF had voorspeld dat de economie met 2,9 procent zou groeien dit jaar en tot maart was er genoeg reden om – zoals in 2014, na jaren van grove overschattingen – te geloven dat hun voorspelling dit keer exact juist zou zijn. Deze groei zou er waarschijnlijk voor gezorgd hebben dat de Syriza-regering veel bijval zou genieten bij de Griekse bevolking, ook omwille van haar maatregelen om voedsel en elektriciteit te voorzien voor arme gezinnen en andere progressieve hervormingen.
De acties van de ECB – die de economie destabiliseren en investeringen en de consumptie ontmoedigen – zullen het herstel van Griekenland waarschijnlijk vertragen én zullen in alle waarschijnlijkheid ook de steun aan de regering ondermijnen.Meer zelfs, dergelijke acties van de Europese leiders zouden Griekenland wel eens onopzettelijk uit de eurozone kunnen duwen. Dit is een gevaarlijke strategie. De Europese leiders zouden beter stoppen met de ondermijning van het economische herstel van Griekenland, zodat dat land ooit terug fiscaal levensvatbaar kan worden.
Mark Weisbrot is co-directeur van het Center for Economic and Policy Research in Washington en voorzitter van Just Foreign Policy. Van hem verschijnt binnenkort Failed: What the "Experts" Got Wrong About the Global Economy (Oxford University Press, 2015).
Het artikel Are the European Authorities Destroying the Greek Economy In Order to 'Save It' verscheen oorspronkelijk bij Al Jazeera America, werd overgenomen met toestemming van de auteur en vertaald door Stephanie Ketels.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.