Solidariteit als antwoord op extreemrechtse leugens
René Danen was voorzitter van het FNV-ledenparlement en is voorzitter van Nederland Bekent Kleur. Op 25 februari 2017 hield hij een toespraak (hier in bewerkte versie) tijdens de Februaristakingherdenking van de FNV in het Amsterdamse stadhuis.
René Danen
‘Als een Fascist Ademt Liegt-ie’, heet de documentaire over het leven van verzetsstrijder Henk van Moock. Bij deze herdenking van de Februaristaking bezie ik het heden aan de hand van zijn verhalen over het verleden.
Van Moock was in 1941, als jonge man van 24 jaar, betrokken bij de Februaristaking en was op hoge leeftijd nog steeds actief tegen onrecht en racisme. Onder meer in de jaren negentig als ambassadeur voor onze organisatie Nederland Bekent Kleur.
Namens deze organisatie heeft Van Moock in 1994 het Paspoort tegen Racisme aangeboden aan de toenmalige Franse presidentsvrouw Danielle Mitterrand. Hij gaf aan haar, die zelf ook in het verzet had gezeten, toen spontaan zijn verzets-stropdas. Deze ontmoeting met Mitterrand is een erkenning geweest van de strijd die Van Moock zijn hele leven heeft gevoerd.
Vlak na de oorlog kreeg hij als communist die erkenning voor zijn verzetsdaden echter nog niet.
Van Moock was vanuit de CPN onder meer betrokken bij de Februaristaking. In het boek Geen leven zonder verzet vertelt hij over de grote razzia op Joden die voorafging aan de Februaristaking: ‘Ik heb het gezien en het was verschrikkelijk. De Duitsers sleepten de mannen uit de huizen; ze gooiden ze de huizen uit. Meer dan 400 Joodse jongens werden van hun familie weggerukt. Wij (de communisten) wisten wel wat de Duitsers de Joden aandeden, maar om het ook in werkelijkheid te zien was afschuwelijk.’
Van Moock vertelt dat hij die avond bij een actiebijeenkomst op de Noordermarkt was. De volgende dag, 25 februari, was hij om zes uur al weer op pad. Hij vertelt: ‘Ik ging naar het Centraal Station om de werkverschaffings-arbeiders uit de treinen te halen en te zeggen: Jongens er wordt gestaakt vanwege de terreur die tegen de Joden is gepleegd. Het kostte enige moeite om ze over te halen, tot ik het bericht kreeg dat de tram plat lag. Dat had veel effect. (…) Om tien uur staakten er tienduizenden mensen. In de middag de hele stad, en de volgende dag zou de staking overslaan naar andere steden.
De Duitsers hebben in de loop van de dag de Grüne Polizei gestuurd. Toen zijn er in de Westerstraat negen mensen doodgeschoten. Ik herinnerde me nog dat we schoten hoorden en dat iedereen alle kanten op vluchtten. Ik kende de Jordaan natuurlijk goed, het was vrij gemakkelijk om snel weg te komen door de smalle straatjes. (…) en alle deuren stonden voor ons open’, vertelt Van Moock.
Later zou Henk van Moock toch in handen vallen van de Nederlandse politie, die hem overleverde aan de Duitsers. Hij moest in de oorlogsjaren de verschrikkingen ondergaan van tien concentratiekampen waaronder Auschwitz en Mauthausen. Maar hij wist op het nippertje te overleven.
Het belang van de leugen
In de documentaire ‘Als een Fascist Ademt Liegt-ie’ vertelt Van Moock over zijn ervaringen. Ikzelf heb deze film voor het eerst gezien in mijn studententijd, in 1992, toen ik als voorzitter van de studentenvakbond bij de oprichting van Nederland Bekent Kleur betrokken was geraakt.
De titel van de documentaire wierp bij mij toen wel vragen op. Waarom zoveel nadruk leggen op het liegen van de fascisten?
Pas recentelijk heb ik begrepen hoe belangrijk ‘de leugen’ is voor extreemrechtse volksmenners. Zij is een wezenlijk onderdeel van het antwoord op de vraag hoe het destijds zo ver heeft kunnen komen en welke rol zij opnieuw zou kunnen spelen.
Want we kunnen van de geschiedenis leren. Dat is nadrukkelijk iets anders dan één op één een vergelijking maken tussen de jaren dertig en de opkomst van extreemrechts nu in Amerika en Europa. Gelukkig zijn beide situaties niet gelijk. De huidige mensenrechtenschendingen hoeven op termijn niet per se te leiden tot de systematische uitroeiing van bevolkingsgroepen zoals tijdens de Tweede Wereldoorlog. Maar dat dit opnieuw kán gebeuren bewijzen genocides zoals in Ruanda en voormalig Joegoslavië. Daarom is het goed om lering te trekken uit het verleden en om te letten op nieuwe waarschuwings-signalen.
Laten we niet vergeten dat het niet begonnen is met de vernietigingskampen, waarover Van Moock uitvoerig vertelt. Aan die kampen gingen ruim vijftien jaren van propaganda en leugens vooraf. De fascisten hebben de massamoord op Joden, Roma, Sinti, Jehova’s, homo’s en andere bevolkingsgroepen nooit vooraf zo aangekondigd. En achteraf had het volgens de nazi’s allemaal nooit plaatsgevonden. Van Moock beschrijft hoe zij aan het einde van de oorlog probeerden de sporen van het bestaan van de kampen waarin hij zat, uit te wissen. Onder meer door ze op te blazen. Gelukkig waren er mensen als Van Moock die overleefden en konden getuigen.
Ontmenselijking
Jaren later kon Van Moock nog steeds boos worden als hij signalen van ontmenselijking zag. Toen hij in de jaren negentig actief was voor Nederland Bekent Kleur spraken de media veel over illegalen. Van Moock ergerde zich aan die term. Hij zei: ‘In de oorlog was ik illegaal omdat ik in het verzet zat. Maar een mens is niet illegaal, dat is een vorm van het dehumaniseren van mensen.’
De nazi’s gingen daarin zover dat ze uiteindelijk van mensen letterlijk een nummer maakten. De kampgevangenen kregen het nummer op hun arm getatoeëerd. Henk van Moock had er ook één op zijn arm. Het getuigt van een van de meest extreme vormen van dehumanisering die de nazi’s toepasten. Er gingen vele jaren van dehumaniserende propaganda aan vooraf, waarin Joden bijvoorbeeld vergeleken werden met ratten. Of met een plaag.
Begin dit jaar kwam De Telegraaf in opspraak omdat de krant asielzoekers als een plaag betitelde. Maar De Telegraaf is helaas niet uniek. Vrijwel alle media in Nederland maken zich schuldig aan het dehumaniseren van vluchtelingen. Er wordt in aqua-taal gepraat over vluchtelingen. Alsof het niet gaat over mensen, maar over waterstromen die ingedamd moeten worden. Of, zoals Wilders zegt, ‘ons land overspoelen’. Een gevaar dat ons land zou bedreigen.
Vluchtelingenbeleid
Behalve dehumanisering worden ook regelrechte leugens gebruikt om de angst van ‘het volk’ aan te wakkeren tegen buitenstaanders. Het bekendste voorbeeld daarvan is natuurlijk Trump, die direct na zijn aantreden als president twee niet-bestaande terroristische aanslagen verzon om de angst aan te wakkeren en om zijn moslim-ban te kunnen rechtvaardigen.
Gelukkig was er wereldwijd veel verzet tegen Trump. De meeste partijen in Nederland waren aanwezig op een demonstratie op het Malieveld in Den Haag vlak na diens aantreden. Maar er was op het podium ook een kritische noot te horen: ‘We kunnen Trump terecht de maat nemen als het mensenrechten betreft, maar we moeten ook kijken wat er op ons eigen grondgebied gebeurt in Europa.’ Op de Griekse eilanden zijn deze winter immers vluchtelingen doodgevroren in gesloten kampen, terwijl elders hotelkamers en opvangcentra leegstonden.
Eduard Nazarski, directeur van Amnesty International Nederland zei daarover: ‘Op de drempel van Europa laten regeringsleiders mensen willens en wetens in de kou staan. Dat is onvoorstelbaar, dieptriest en schandalig.’ Zijn collega van Human Rights Watch zei: ‘Rutte en de PvdA hebben oplossingen gepresenteerd voor de vluchtelingencrisis, maar nu zien we wat dit betekent voor de zestigduizend mensen die nu vastzitten in Griekenland.’
In de periode voorafgaand aan deze Turkije-deal zagen we dat vluchtelingen als groep verdacht gemaakt werden en dat onjuiste informatie deel ging uitmaken van de discussie. De wandaden van een groep in Keulen werden aangegrepen om in de media een hetze te voeren tegen een miljoen oorlogsvluchtelingen. Voordat de deal gesloten werd kwam Eurocommissaris Timmermans met een statement naar buiten. Volgens hem kwamen de vluchtelingen in meerderheid helemaal niet uit een land in oorlog. In werkelijkheid kwamen de mensen die in gammele bootjes de oversteek naar Griekenland waagden, echter voor 90% wel degelijk uit oorlogslanden.
Verzinsels
We zien tegenwoordig wel vaker het gebruik van alternatieve feiten in de Nederlandse politiek. Zo verzon onze eigen premier onlangs nog dat ‘prettige kerstdagen wensen niet meer mag’ op de publieke omroep om ‘minderheden niet voor het hoofd te stoten’. Het verhaal was alleen niet waar. En Rutte ging nog een stap verder. Hij schreef in een open brief normoverschrijdend gedrag toe aan mensen die ‘naar ons land zijn gekomen’. En voegde er aan toe: Doe normaal of ga weg. ‘Oppleuren’ heet dat tegenwoordig in de PVV-light-taal van Rutte. Maar het zijn juist dit soort uitspraken van een minister-president, die niet normaal zijn. Zijn uitspraken zijn een ongewenste normalisering van racisme.
Ook Wilders heeft zo zijn eigen feiten. Hij gebruikte in de verkiezingscampagne een nep-foto van Pechtold op Twitter en hij spreekt voortdurend over een islamisering van ons land. Een verzonnen constructie die de reguliere media steeds vaker als een gegeven overnemen. Als je de leugen maar vaak genoeg herhaalt, wordt hij in de beeldvorming vanzelf werkelijkheid.
Politieke vijanden
Wilders laat het niet bij een enkele leugen. In zijn wereldbeeld staan de moslims aan de ‘poorten van Wenen’ om Europa over te nemen, met behulp van de ‘linkse elite’. Dat wereldbeeld deelt hij met andere extreemrechtse organisaties in Europa en met de Noorse terrorist Anders Breivik. Deze liet zien hoe gevaarlijk een verzonnen wereldbeeld over de ondergang van onze beschaving kan zijn.
Breivik was zo overtuigd geraakt van de leugens, die hij van internet kopieerde in zijn eigen manifest, dat hij op een dag een eiland vol socialistische jongeren uitmoordde. Dit vanwege hun vermeende betrokkenheid bij het complot om het Westen over te dragen aan de moslims. Opvallend genoeg ging hij dus niet naar een moskee om het vuur te openen op de minderheden zelf. Nee, hij richtte zijn wapens als eerste op zijn politieke vijanden die in het complot zouden zitten: de socialisten.
Ook de nazi’s richtten zich aanvankelijk op hun politieke vijanden. Al in 1933 werden vijfduizend mensen, onder wie veel communisten, opgepakt en naar concentratiekampen gebracht. Henk van Moock beschrijft dat hij al ver voor de oorlog wist tot welke verschrikkingen de nazi’s in staat waren. Als communist had hij in de jaren dertig veel partijgenoten uit Duitsland helpen onderduiken in Nederland. Hier waren ze als vluchteling volgens de regering niet welkom, maar werden ze door communisten toch geholpen. Toen al vertelden zij over de verschrikkingen in het vooroorlogse nazi-Duitsland.
Solidariteit
In de strijd tegen extreemrechts is de solidariteit tussen vele bevolkingsgroepen belangrijk en deze les moeten we voor het heden gebruiken.
Zo probeert Wilders bevolkingsgroepen tegen elkaar uit te spelen. Hij schetst voortdurend een fictief beeld, alsof er een strijd gaande zou zijn van moslims tegen joden; van vluchtelingen tegen vrouwen, van Marokkanen tegen homo’s. Maar in werkelijkheid is het natuurlijk extreemrechts dat hiermee groepen tegen elkaar probeert uit te spelen om zelf sterker te worden.
‘Wilders is een nep-feminist’ riep daarom vorig jaar een groep protesterende vrouwen in Spijkenisse tegen Wilders. De PVV-leider wilde pepperspray uitdelen om vrouwen zogenaamd te beschermen tegen vluchtelingen, maar de actiegroep van vrouwen was er bij om zijn nep-feminisme te ontmaskeren en vluchtelingen welkom te heten. Die solidariteit is belangrijk. Die zagen we bijvoorbeeld bij de vrouwenmarsen, waaraan ook veel mannen meededen.
We moeten ons niet uit elkaar laten spelen en gezamenlijk met (andere) minderheden optrekken tegen extreemrechts. Een mooi voorbeeld daarvan was de massale aangifte tegen Wilders in 2014, toen hij zijn minder Marokkanen-uitspraken had gedaan. Ruim 6000 Nederlanders van alle komaf, soms zelfs hele colleges van B&W, hebben toen aangifte gedaan.
Die diversiteit was dat jaar ook te zien bij de demonstratie rond 21 maart, de VN-dag tegen racisme. Als reactie op de beruchte minder Marokkanen-uitspraken waren in de kleurrijke demonstratie van Comité 21 Maart spreekkoren te horen met de tekst Wij zijn allemaal Marokkanen. Jaarlijks zijn er rond 21 maart demonstraties. Dit jaar is het 25 jaar geleden dat de eerste Nederland Bekent Kleur demonstratie op die datum was.
Vandaag zeggen we bij deze Februaristakingherdenking Nooit meer! Bij deze en andere herdenkingen gedurende het jaar moeten wij aandacht hebben voor alle groepen die het slachtoffer zijn van racisme, discriminatie of uitsluiting. Bij herdenken gaat het om het verleden en het heden. Alleen als wij gezamenlijk de verschrikkingen van destijds herdenken en hieruit lessen trekken voor het heden, kunnen we winnen van de extreemrechtse krachten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.